Persoonlijke voornaamwoorden en voornaamwoordelijke bijwoorden

 

Maak samengestelde zinnen :

 

  1. Dit is het bed ……. ik heb er de laatste jaren in geslapen.
  2. Dit is het geweer …. hij bedreigde er zijn slachtoffer mee.
  3. Is dit de doos …… je verborg er je spaarcenten in.
  4. Dit is de tafel …… je gaat eraan werken.
  5. Hier hangt het schilderij …… u wil het graag hebben.
  6. Hier ziet u het land huis …… we hebben het verleden jaar gekocht.
  7. Dit is dan het dorp…… ik heb het twintig jaar geleden verlaten.
  8. Dit is de pijp …… ik kreeg ze op m’n verjaardag.
  9. Nu komen we aan het kanaal …… mijn vriend is in dit ka na al verdronken.
  1. Dit is de plaats …… ik speelde er gewoonlijk.
  2. Ik verkoop u de boeken …… ik heb ze niet meer nodig.
  3. Waar is het boek …… ik heb het van je gekregen.
  4. Waar is het pakje sigaretten ……. het lag hier op tafe!.
  5. Het pak was splinternieuw …… hij droeg het.
  6. Het was een meisje …… ik had ze nooit eerder ontmoet.
  7. Russisch is een taal …… ik begrijp er geen woord van.
  8. Ik sprak daar met mensen ……. ik had ze al eens gezien.
  9. De wijn was uitstekend …… we dronken hem in dat eethuisje.
  10. De dames waren allerliefst …… ik zat met ze op de boot.
  11. Tante Liesbet is getrouwd geweest met een bankbediende …… ze heeft een moeilijk bestaan met hem gekend.
Translate »
Share This